Brussels Philharmonic | in beeld: George Gershwin

in beeld: George Gershwin

AMERIKA: EEN MUZIKALE CALEIDOSCOOP

"My people are American, my time is today. Music must repeat the thought and aspirations of the times."
- George Gershwin

Het verenigen van verschillende stijlen en culturen is misschien wel hét kenmerk van de Amerikaanse muziek. Een van de componisten die hierin uitblonk is George Gershwin (1898-1937). Als geen ander wist hij de hokjes tussen muziekgenres te slopen. In zijn eerste orkestwerk Rhapsody in Blue versmelten melodieën en ritmes uit de jazzwereld met klassieke vormelementen tot een opwindende compositie, die ook bij de beroemdheden uit de Europese klassieke muziekscene op veel bijval kon rekenen.

Gershwin groeide op aan de Lower East Side van Manhattan, een plek waar componisten van diverse origines naast elkaar werkten, ideeën uitwisselden en verschillende culturele uitingen uit heden en verleden met elkaar vermengden. Als jonge knaap oefende hij urenlang aan de piano en woonde hij zoveel mogelijk uitvoeringen bij van zijn favoriete componisten en pianisten. Terwijl zijn compositieleraar Charles Hambitzer hem vooral inwijdde in de muziek van Debussy, Ravel en Schönberg, duwde zijn latere leraar Edward Kilenyi hem in de richting van de populaire muziek. Die zou hem meer publiekelijk succes opleveren. Al op zestienjarige leeftijd was Gershwin aan de slag als 'song plugger' bij Jerome H. Remick & Company in Tin Pan Alley, de legendarische buurt in New York waar vele muziekuitgevers en 'songwriter companies' gevestigd waren. Al snel schreef hij ook zijn eigen composities, en zijn eerste grote succes kwam in 1919, toen zanger Al Jolson het vrolijke nummer Swanee van de jonge songwriter opnam. Het werd meteen zijn grootste hit. Ook in de daaropvolgende jaren volgden klassiekers zoals The Man I Love en I got Rhythm, op teksten van zijn al even succesvolle broer Ira. De twee broers werkten wel vaker samen, aan de musical Strike Up The Band bijvoorbeeld. Hoewel de musical – een satire op Amerika’s voorliefde voor oorlog – weinig succes oogstte, wordt de ouverture vandaag nog vaak als opener van een concert gebracht.

Maar Gershwin nam geen genoegen met het succes van zijn Broadway-carrière. Zijn fascinatie voor de muziek van de Europese modernisten als Schönberg en Stravinsky deed hem verlangen naar een synthese van beide werelden. In 1923 kreeg hij de kans om dat waar te maken toen jazzbandleider Paul Whiteman hem om een orkestwerk vroeg voor een concert in de New Yorkse Aeolian Concert Hall op 12 februari 1924. Whiteman kondigde het evenement aan als ‘An Experiment in Modern Music’, waarmee hij de vooruitgang van de populaire muziek wilde aantonen door nieuwe muziek te laten horen die geïnspireerd was door de jazz. De legende wil dat Gershwin dit aanzoek vergat, tot hij in januari 1924 een aankondiging voor het concert in de krant zag. Hij begon als een gek te componeren, om drie weken later zijn ‘American Rhapsody’ af te werken. Op enkele details na, maar dat loste Gershwin op tijdens de première, al improviserend aan de piano.

Enkele jaren later schreef Gershwin in een brief hoe hij tot de compositie gekomen was:

“Het was in de trein, gewiegd door zijn staalharde ritmes, zijn ratel-ty-bang die zo vaak inspirerend is voor een componist… Daar hoorde ik plotseling – ik zag het zelfs op papier – de volledige opbouw van de rapsodie, van begin tot eind. Er kwamen geen nieuwe thema's bij me op, maar ik werkte verder aan het thematische materiaal dat ik al in gedachten had, en ik probeerde vorm te geven aan de compositie als geheel. Ik hoorde het als een soort muzikale caleidoscoop van Amerika; van onze gigantische smeltkroes, van onze kenmerkende nationale levendigheid, van onze blues, onze grootstedelijke waanzin."

Volgens de gangbare praktijk in Broadway schreef Gershwin de compositie oorspronkelijk uit voor twee piano’s. Daarop werkte Ferde Grofé, huisarrangeur van Paul Whitemans jazzband, de orkestpartijen verder uit. Die jazzband zag er tijdens de première in 1924 heel anders uit dan de orkesten die Rhapsody in Blue vandaag uitvoeren: naast een veel kleinere bezetting waren onder andere een banjo en celesta in het allereerste arrangement te horen. Ook de beroemde openingsglissando op de klarinet had Gershwin aanvankelijk als toonladder genoteerd. Tijdens een van de vele repetities speelde de klarinettist het bij wijze van grap als een lange glissando. Die nestelde zich, samen met de rest van het werk, voor altijd in het collectieve geheugen.

Filmselectie: The American Dream

Ontdek Gershwins Rhapsody in Blue & Dvořáks Symfonie nr. 9 op het grote scherm met de filmselectie van Robin Broos.

ontdek

in beeld: Antonín Dvorák

In 1892 arriveerde de Tsjechische componist Antonin Dvořák in New York om een Amerikaanse nationale muziekstijl te creëren. Lees verder en ontdek hoe hij deze opdracht volbracht.

lees