Darius Milhaud La Création du monde, op. 81a (1923)
Martin Matalon Relatos, Concerto for Orchestra (Belgische première) (2024)*
Richard Strauss Also sprach Zarathustra, op. 30, TrV 176 (1896)
*co-commissie Brussels Philharmonic & Orchestre National de France
[bekijk alle toelichtingen]
[ontdek ook: Matinée Also Sprach Zarathustra]
[ontdek ook: Zarathustra Deconstructed]
[ontdek ook: Close Encounters]
[ontdek ook: Symfomania! (8+)]
[ontdek ook: Wolfgang]
[beluister ook: Bucket list podcast]
14.12.2024 FLAGEY BRUSSEL
‘Eerste beweging: de zon komt op. De mens voelt de kracht van God.’ Met het symfonisch gedicht Also sprach Zarathustra schreef Richard Strauss (1864-1949) een van de bekendste openers uit de muziekgeschiedenis. Mede dankzij de indrukwekkende scène in Stanley Kubricks 2001: A Space Odyssey werd de openingsmelodie deel van het collectieve geheugen. In zijn ballet La création du Monde verpakt de Franse componist Darius Milhaud (1892-1974) het scheppingsverhaal dan weer in een jasje van jazz, als een ode aan de bigbands die hij tijdens zijn reis in New York gehoord had. Tot slot draagt Brussels Philharmonic zelf bij aan de schepping, van een muziekwerk weliswaar. Samen met Radio France vroeg het orkest de Argentijnse componist Martin Matalon (1958) om een gloednieuw concerto voor orkest te schrijven.
Voor zijn symfonische gedichten greep Richard Strauss vaak terug naar literaire bronnen. In 1896 was dat Friedrich Nietzsches meesterwerk Also sprach Zarathustra, waarin de Duitse filosoof zijn kritiek uit op de tijd waarin hij leeft. Via het personage van de profeet Zarathustra laat hij zijn afkeer voor het Christendom en de democratie blijken, en veroordeelt hij humane waarden als tolerantie, onderdanigheid en medeleven. Daartegenover stelt Nietzsche dat elk individu op basis van macht en dominantie zijn eigen moraliteit moet ontwikkelen. Alleen op die manier zal hij de kracht vinden om zijn doel te bereiken en uit te groeien tot Übermensch. Nietzsches opvattingen sterkten Strauss in zijn geloof in de individuele kracht van de mens om de wereld rondom hem te veranderen. Toch is zijn gelijknamige muziekstuk geen directe interpretatie of filosofische toonzetting van Nietzsches werk. Het boek diende eerder als inspiratiebron, waaruit de componist enkel het gegeven van de evolutie van het menselijk ras overnam.
Het muzikale resultaat is een indrukwekkend werk voor grootschalig orkest en orgel, verdeeld in negen secties, naar analogie met de hoofdstukken uit Nietzsches boek. De inleidende beweging verwijst naar de proloog waarin Zarathustra zijn thuis heeft achtergelaten en de zonsopgang aanschouwt. Het machtige beeld van de rijzende zon klinkt in een pure melodie in do groot. De magie die uitgaat van die imposante inleiding ontleende Strauss aan de fysica van de natuurlijke harmonische reeks. Hij gebruikte immers de zuiverste intervallen uit de boventoonreeks van do groot om de schoonheid van de natuur kracht bij te zetten. Eerst klinkt het thema unisono in de trompetten, daarna in het hele orkest. Daar ontwikkelt zich een dialoog tussen mineur en majeur: een verklanking van de twijfel en verbijstering van de mens bij het aanschouwen van het sublieme en tegelijkertijd mysterieuze van de natuur. De ondersteunende pauken, die het intellect van de mens moeten voorstellen, monden ten slotte uit in een krachtig akkoord in het orgel.
Darius Milhaud maakte deel uit van de befaamde ‘Les Six’, een groep jonge componisten uit het naoorlogse Parijs. Hun directe, spontane muziek vormde een weerspiegeling van de alledaagse wereld en was soms even absurd als de kolkende maatschappij waarin ze leefden. Gedreven door hun optimisme en openheid vonden ook de exotische klanken uit het cabaret en de jazz ingang in hun oeuvre. Van de groepering was het vooral Milhaud die zich door jazz liet inspireren. Als secretaris van schrijver en diplomaat Paul Claudel had Milhaud de laatste oorlogsjaren doorgebracht in Brazilië. De Afro-Amerikaanse klanken en ritmes klonken hem dus al vertrouwd in de oren. Toch kwam hij pas laat met de ‘echte’ jazz in contact. De eerste keer was in 1920, tijdens een bezoek aan Londen, waar hij de Billy Arnold’s Novelty Jazz Band hoorde. Begin 1923 volgde een tweede ontmoeting met het genre tijdens een reis naar New York. Milhaud bezocht de ene na de andere jazzkroeg in Harlem en kwam er ook in aanraking met de oeroude blues.
Terug in Parijs kreeg Milhaud een nieuwe compositieopdracht van Les Ballets Suédois, de tegenhanger van Dhiagilevs beroemde Les Ballets Russes. Zijn Amerikaanse avontuur indachtig en inspelend op de heersende fascinatie voor exotische culturen, vond Milhaud zijn inspiratie voor het scenario in L’Anthologie Nègre van de Zwitsers-Franse auteur Blaise Cendrars. In deze verzameling van Afrikaanse legenden trok vooral het eerste hoofdstuk over het scheppingsverhaal zijn aandacht. Voor het decor klopte hij aan bij Fernand Léger, die de scène omtoverde tot een wild kubistisch landschap met Afrikaanse maskers en aardse tinten.
De première van het spektakel-ballet La création du monde vond plaats op 25 oktober 1923 in het Parijse Théâtre des Champs Elysées. Het orkest bestond uit 17 solisten, met een hoofdrol voor de altsaxofoon. Voor het eerst werden jazzy ritmes en blue notes niet louter gebruikt als een exotische toets in een klassiek werk, maar vormden ze een structurele basis. Al was niet iedereen even enthousiast. Een van de commentaren die ’s anderendaags in de pers verschenen, klonk als volgt:
‘De wildste, dissonantste jazz, zoals die bij achterlijke volkeren moet te horen zijn, barstte in alle hevigheid los. Terugkeren naar de tamtam, de xylofoon, het gebrul van de kopers, naar lawaai, dat is geen vooruitgang. Men is verbaasd te horen dat dit avant-garde wordt genoemd.’
Maar zoals Milhaud zelf voorspeld had, maakte de kritiek stilaan plaats voor positieve geluiden. Niet lang na de première van La création du monde ging ook Gershwins An American in Paris in première. Stilaan zagen ook critici in op welke innovatieve manier Milhaud gebruik had gemaakt van een nieuw muziekgenre. Of zoals Leonard Bernstein later mooi samenvatte: ‘La création du monde doet zich niet voor als een flirt, maar als een echte liefdesaffaire met jazz.’
Bij het schrijven voor ensembles of orkest gaat de Argentijn Martin Matalon altijd op zoek naar een manier om een dialoog te creëren tussen individuele instrumenten of instrumentengroepen en het volledige collectief. Een genre als het concerto voor orkest is dan ook een kolfje naar zijn hand. In Relatos biedt Matalon een unieke en hernieuwde blik op de klankwereld van het symfonisch orkest door globale luistermomenten af te wisselen met intieme passages.
‘Relatos is opgebouwd uit negen met elkaar verbonden delen; van zuiver orkestrale delen tot segmenten waarin solisten centraal staan. Elk slot van een deel vormt tegelijk het begin van het volgende. Het spel is over het algemeen virtuoos. Sommige orkestrale delen worden gekenmerkt door de aanwezigheid van een veelheid aan microsolo's. In deze secties zijn de bewegingen snel; niet noodzakelijk in termen van een overvloed aan noten, maar eerder als een verscheidenheid aan ideeën. In de solobewegingen treedt dan weer de traagheid in: hier komt het muzikale idee helemaal tot zijn recht.’
Elke sectie kreeg bovendien zijn eigen orkestrale schriftuur. Zo wisselt Matalon af tussen massieve klanken en sfeervolle kamermuziek, of tussen hectische passages waarbij alle muzikale ideeën over elkaar buitelen en een lineaire stijl waarbij een melodie zich door het hele orkest voortplant. ‘Golven van dissonantie die een lust zijn voor het oor’, zo omschrijft dirigent Kazushi Ono dit spannende opdrachtwerk van Radio France en Brussels Philharmonic.